Persoonlijk ontwikkelingsplan:

Nu ik meer zicht heb gekregen over mijn eigen profiel als sportleraar, wil ik nu leerdoelen formuleren voor het aankomende semester. Dit wil ik doen doormiddel een POP (persoonlijk ontwikkelingsplan). Mijn leerdoelen zullen betrekking hebben op mijn persoonlijke en professionele identiteit.

Figuur 1, POP



Mijn sterke punten omtrent PI:

  • Growth mindset
  • Actief feedback vragen en dit interpreteren
  • Ontwikkeldoelen opstellen en eigen leerproces in kaart brengen
  • Bewust nieuw gedrag inzetten
  • Bijdragen aan de ontwikkeling van mijn omgeving door het delen van informatie en feedback
  • Op een constructieve manier contact maken met mijn omgeving
  • Handelen als een professional


Mijn minder sterke punten omtrent PI:

  • Het toepassen van autonomie-ondersteunend gedrag in mijn lessen
  • Reflecteren op mijn eigen ontwikkeling


Aan welke leerdoel(en) ga ik werken?

In semester 3 van de opleiding ALO loop ik stage op het voortgezet onderwijs. Dit semester zou ik graag de autonome motivatie willen verhogen van de leerlingen in mijn lessen. Daarnaast om mijn leerdoel te bereiken om autonome motivatie te verhogen in mijn les wil ik autonomie-ondersteunend gedrag vertonen tijdens mijn lessen. (Geerts & van Kralingen, 2011, p. 445/446) vermeldt wanneer ik autonomie-ondersteunend gedrag vertoon dat ik de motivatie van leerlingen kan verhogen. Afgelopen semester heb ik stage mogen lopen op het BO. Hier had ik meer een controlerende rol aangenomen.



Waarom zijn deze leerdoelen van belang voor mijn ontwikkeling als sportleraar?

Autonome motivatie houdt in dat de leerlingen het gevoel hebben zelf voor de activiteit te hebben gekozen. De meest autonome vorm van motivatie is de intrinsieke motivatie. Ik zou dit op de juiste manier willen toepassen, zodat dit positief effect gaat hebben op het leerproces en op de prestaties van leerlingen. Leerlingen die intrinsiek gemotiveerd zijn, kunnen hun studieactiviteiten beter plannen, hebben betere resultaten en zijn minder snel afgeleid vermeldt (Geerts & van Kralingen, 2011, p. 443).



Mijn concrete acties om mijn leerdoel(en) te behalen:




Als alle eerst wil ik onderzoek doen. Ik wil erachter komen wat er allemaal over mijn leerdoel bekend is. Ook wil ik middels mijn onderzoek erachter komen welke strategieën er zijn om de intrinsieke motivatie te verhogen van leerlingen. Ik wil variatie brengen in mijn bronnen. Zo wil ik literatuur pakken vanuit het internet, schoolboek en met experts. Zo wil ik contact leggen met een docent en een psycholoog die hier veel ervaring en kennissen mee hebben. Ik wil met hun in gesprek gaan omtrent empathie tonen richting leerlingen. Dit zal mij helpen in een later stadium om mijn leerdoel te behalen.

Verder wil ik een 0 meting maken omtrent de motivatie en de motieven van de klassen, waaraan wij les gaan geven. Dit wil ik doen middels een groepsdynamiek analyse formulier. Het is dus ook van belang om terug te kijken op mijn groepsdynamiek analyse om te kijken wie er in de normlijn zitten. Ik wil luisteren naar wat de normlijn wil, zodat ik waar het mogelijk is hun wensen in mijn lesvoorbereidingen mee kan nemen. De normlijn zou de rest van de klas mee kunnen krijgen in de intrinsieke motivatie.

Ook wil ik met mijn stagebegeleider in gesprek gaan over de motivatie van de klassen en hoe hij hierop inspeelt. Middels een interview wil ik dit kunnen aantonen. Uit de informatie van mijn stagebegeleider zou ik ook nieuwe strategieën kunnen meekrijgen op welke manier hij de intrinsieke motivatie verhoogt tijdens zijn lessen.

Ook wil ik in mijn lessen voldoende ruimte creëren voor eigen inbreng. Ik wil ze laten experimenteren om zelf te ontdekken. Dit wil ik waarmaken door keuzeopties aan te bieden.

Verder wil ik in de aankomende lessen empathie tonen richting de leerlingen. Dit wil ik waarmaken door op te letten hoe ik de leerlingen aan ga moedigen of hun vragen ga beantwoorden. Hiervoor wil ik eerst een relatie opbouwen met de leerlingen. Zonder relatie geen prestatie.



Wanneer is mijn leerdoel bereikt?

Mijn leerdoel betreft autonomie-ondersteunend gedrag is bereikt wanneer ik mijn eigen professionele gedrag heb mogen ontwikkelen. Dit door minder een controlerende rol aan te nemen en meer een autonomie-ondersteunende rol. Ook wil ik dat mijn les zo ingericht is dat er voldoende ruimte word gecreëerd voor eigen inbreng.




Literatuurlijst:

Boeken:

Geerts, W., & van Kralingen, R. (2011). Handboek voor leraren. Coutinho.

Figuren:

Figuur 1:

Webba. (z.d.). Persoonlijk ontwikkelplan: POP. De Steven Training | Coaching | Outplacement. https://www.desteven.nl/carriere/loopbaan/persoonlijk-ontwikkelplan